Maandag. Vandaag gaan we op weg naar het Hwange-park. Eerst de tent afbreken, snel wat ontbijten, en met een busje naar de plaats waar we gaan helikoptervliegen.
De Victoria Watervallen zijn mooi en imposant. Zeker vanuit de lucht. Wel heb ik spijt dat ik ze niet vanaf de grond heb gekeken. Het schijnt dat er direkt naast de waterval zoveel vocht in de lucht zit, dat er een klein tropisch regenwoud naastgroeit. Heel bijzonder.
Na het vliegen worden we door het busje afgezet bij de Shearwater Shop in het centrum van het dorp. Hier krijgen we onze 5 Amerikaanse dollars terug, en de flessenopener.
Er is nog wat tijd over, dus kunnen we nog even naar de Spar en wat toeristenwinkeltjes. Bovendien loopt er nog een kereltje Nyaminyami-kettinkjes verkopen. De riviergod van de Zambezi, die je beschermt tegen verdrinking. Altijd handig.
Het wordt tijd op weg te gaan naar het Hwange-park. Kort voor we daar zijn, stoppen we in het mijnwerkersdorp Hwange. In de supermarkt ligt iets wat ik al tijdenlang zocht; Scuds!
Ik koop er een om te proberen. De man achter de kassa begint te lachen, en meldt dat hij graag wil weten hoe het drinken van Chibuku me bevalt. 'You will probably get drunk', voegt hij eraan toe. Hoe dan ook; hij zal het niet te weten komen. Ik kom hier voorlopig niet terug.
Vannacht zullen we slapen op de Lions Den-camping. Dat is een andere camping dan gepland, maar die is niet bereikbaar, omdat er een brug is ingestort. Hier wordt het je afgeraden 's nachts alleen buiten te komen, vanwege de wilde dieren.
Chibuku is niet echt vies. Het is wel even wennen.